Veiligheid dijken pas in 2009 bekend
Noorden vier jaar achter
Veiligheid dijken pas in 2009 bekend
Leeuwarden - Het duurt nog zeker twee jaar voor duidelijk is of de waddendijken stevig genoeg zijn om extreme weersomstandigheden te weerstaan. Dat komt door vertraging in het onderzoek van Rijkswaterstaat naar de golfslag in de Noordzee en de Waddenzee. Toetsing van de dijken kan pas als de uitkomst van dat onderzoek bekend is.
Dit voorjaar hebben Wetterskip Fryslân en waterschap Noorderzijlvest zich bij het ministerie van Verkeer en Waterstaat beklaagd over de opgelopen vertraging in het meetprogramma. In 2003 was al afgesproken dat overal langs de Nederlandse kust meetpunten zouden komen om de golfoploop te registreren, maar in de uitvoering zaten grote verschillen. De meetapparatuur werd voor de kust van Zuid-Holland al in hetzelfde jaar geplaatst. In de stroomgaten tussen de waddeneilanden en de Waddenzee bleek afgelopen stormseizoen nog altijd geen sluitend meetnet te zijn aangelegd, waardoor de gegevens van die periode eigenlijk niet bruikbaar waren.
Voor een goede analyse van de kracht en omvang die golven voor de Friese kust kunnen krijgen, is het nodig om twee jaar te meten. Pas dan kan Rijkswaterstaat vaststellen aan welke eisen de waterkeringen moeten voldoen om extreme windsnelheden en waterstanden aan te kunnen. ,,We zitten daar echt op te wachten”, zegt dijkgraaf P. van Erkelens van Wetterskip Fryslân.
Juist het afgelopen stormseizoen had veel goede informatie kunnen opleveren over de veranderende omstandigheden. De waterstand en de golfhoogten tijdens de zware storm van 1 november 2006 overtroffen alle verwachtingen, en toonden aan dat accurate meetgegevens hard nodig zijn om de staat van de dijken te beoordelen.
Vorige week wees prof. P. Vellinga in het Friesch Dagblad er al op dat de normen voor de zeedijken verouderd zijn. Hij pleitte voor een snelle verbetering van de waterkeringen door ze naar voren en naar achteren te verbreden, onder meer door de kwelders uit te breiden. Daarbij sprak hij het Wetterskip aan op zijn taak en verweet hij het bestuur een afwachtende houding.
Volgens Van Erkelens is het pleidooi van Vellinga voor bredere en steviger dijken welkom en sluit het goed aan bij de plannen die er al liggen, maar is het niet terecht dat hij het waterschap een passieve houding aanrekent. ,,We zijn voortdurend met risicobestrijding bezig. Zo worden de dijken bij Harlingen als laatste van alle Friese keringen op Deltahoogte gebracht, en ook op Ameland begint binnenkort het werk aan de zeedijk.”
Dat er daarna nog niets is gepland, komt door de vertraging in de toetsing van de zeedijken, die op zijn vroegst in 2009 plaatsvindt. Hoewel het ministerie van Verkeer en Waterstaat aan de Zeeuwse en Hollandse kust al tien ‘zwakke schakels’ heeft aangewezen die met voorrang worden aangepakt, vindt Van Erkelens niet dat het Noorden nu de slag gemist heeft. ,,Het ministerie heeft flink geld vrijgemaakt voor de dijken de komende jaren.” Hij is er zeker van dat het Wetterskip daarmee genoeg ruimte krijgt om aan de slag te gaan.
Bron: Friesch Dagblad (09-09-2007)