Loonkosten bij provincies blijven stijgen
Tweederde ambtenaren zit aan top salaris
Loonkosten bij provincies blijven stijgen
Leeuwarden - Bijna twee derde van de ambtenaren die werken bij een van de Nederlandse provinciën zit aan de top van zijn of haar salaris. Dat blijkt uit een onderzoek dat het Interprovinciaal Overleg (IPO) deed. Hoewel er minder ambtenaren in dienst zijn vergeleken met voorgaande jaren, blijven de loonkosten stijgen.
Uit de Personeelsmonitor Provincies 2008 van het IPO komt naar voren dat er steeds meer salaris wordt uitbetaald. Dat komt deels doordat steeds meer ambtenaren het plafond van hun salarisschaal hebben bereikt. Daarnaast zijn er steeds meer extra premies uitbetaald. In de meeste provincies kregen ambtenaren een aanvulling op het vaste inkomen. In Fryslân gebeurde dat overigens nauwelijks, net als in Zeeland.
Dat er bij de provincies relatief veel mensen werken die het einde van de salarisschaal hebben bereikt, heeft te maken met de vergrijzing. Door gunstige arbeidsvoorwaarden en een hoge medewerkerstevredenheid is er weinig verloop. Daardoor zijn er ook veel oudere ambtenaren in dienst. De gemiddelde leeftijd is 45,9 jaar.
Gelderland en Overijssel hebben de meeste ambtenaren die een maximuminkomen krijgen. In deze provincies heeft 70 procent van de ambtenaren geen zicht meer op een hoger salaris. In Noord Holland is dat percentage juist veel lager dan in de rest van het land. Fryslân wijkt niet veel af van het landelijke gemiddelde.
Motivatie
Uit onderzoeken naar arbeidsmotivatie komt vaak naar voren dat een gebrek aan doorgroeimogelijkheden wat betreft salaris, leidt tot minder motivatie en prestatie. Onderzoeker Louis van Wayenburg van het IPO stelt juist dat onder de provincieambtenaren de bereidheid groot is om anders ingezet te worden. ,,Bij de mensen die langer in dienst zijn, is die bereidheid wel wat kleiner. Toch scoren wij bij de provincies veel hoger dan gemiddeld.”
Van Wayenburg stelt dat binnen de provincies de komende jaren veel zal veranderen, waardoor personeel ook daadwerkelijk breder moet worden ingezet. ,,Eigenlijk is dat een win-win situatie. Voor de organisatie is het beter, maar ook voor de ambtenaren: die krijgen meer variatie in het werk. ”
Arbeidsdeskundige Irmgard Borghouts van de Universiteit van Tilburg herkent de conclusies die de wetenschappers van het IPO trekken. ,,De uitkomst dat tweederde van de ambtenaren aan het salarisplafond zit, is nieuw voor mij. Maar in het algemeen kun je wel stellen dat het gevolgen heeft voor de productiviteit als mensen lang op een plek zitten.”
Borghouts stelt dat het goed is dat de provincies hun ambtenaren anders en breder gaan inzetten. ,,Het is niet zo dat mensen die het einde van de salarisschaal hebben bereikt, ook automatisch minder productief zijn. Het gaat er ook om hoe leuk het werk is en vooral hoeveel variatie er in het werk zit. Het is belangrijk dat er meer moet zijn dan alleen een uitwisseling tussen geld en arbeid. Als je vastgeroest zit, dan moeten zowel de werkgever als de werknemer daar iets aan doen.”
Bron: Friesch Dagblad (10-08-2009)
