Meer toerisme moeilijk met Natura 2000
Friese Merengebied dupe
Meer toerisme moeilijk met Natura 2000
Leeuwarden - De groei van toerisme in het Friese Merengebied is moeilijk te verenigen met de doelstellingen voor Natura 2000. Dat blijkt uit het advies dat de provincie heeft gestuurd naar het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
De doelen van Natura 2000 (een Europees netwerk van aaneensluitende natuurgebieden) zijn wel verenigbaar met de huidige omvang van de toerismesector. Maar uitbreiding van recreatieaanbod is dan bijna onmogelijk, terwijl deze streek het juist voor een belangrijk deel moet hebben van meer (watersport)toeristen.
De stuurgroep - met daarin vertegenwoordigers van de gemeenten Sneek, Wymbritseradiel, Skarsterlân, Nijefurd, Gaasterlân-Sleat en Boarnsterhim en van het Wetterskip en de provincie - kan daarom nog niet instemmen met het ontwerp aanwijzingsbesluit. De provincie wil eerst meer duidelijkheid over de maatschappelijke gevolgen. ,,Zoals het nu gaat is er geen spanning. Die ontstaat wél als recreatiebedrijven hun activiteiten wil uitbreiden”, licht gedeputeerde Konst toe.
Onderzocht moet bijvoorbeeld worden of het mogelijk is zones aan te wijzen in een recreatiegebied, vindt Konst: dan zouden delen van het Friese Merengebied als rustgebied kunnen gelden en andere delen vrij gelaten worden voor ontwikkeling van toerisme. ,,Eigenlijk is het Friese Merengebied in de zomer geen rustgebied. Vogels komen er vooral om te overwinteren.”
Nader onderzoek moet uitwijzen of de plannen haalbaar en betaalbaar zijn. En er moet voldoende draagvlak zijn in de streek. De provincie hecht aan grote zorgvuldigheid in het proces, zodat belanghebbenden in het gebied samen ,,een verrassingsvrij beheerplan” kunnen maken. Het gebied bestrijkt de Aldegeaster Brekken, De Fluezen, de Wite en Swarte Brekken en het Snitser Mar-gebied.
Tot dinsdag hebben provincies de tijd minister Verburg te adviseren over welke natuurdoelen in de Natura 2000-gebieden worden nagestreefd.
In de meeste gevallen levert Natura 2000 geen zwaardere eisen op in natuurgebieden, dan die er nu ook al gelden. Daarvan zegt gedeputeerde Konst met de omwonenden van de gebieden overtuigd geraakt te zijn. Voor verschillende gebieden zijn het afgelopen jaar samen met de streek beheerplannen opgesteld.
Fryslân heeft 21 gebieden die onder Natura 2000 vallen. Dat is een reeks gebieden waar Europa de natuur wil behouden of herstellen. Voor dinsdag moeten provincies en andere beheersorganisaties hun advies geven over haalbaarheid en betaalbaarheid van de Natura 2000-gebieden. Eind 2010 neemt minister Verburg (Landbouw en Natuur) definitief de besluiten over welke natuurdoelen in de gebieden worden nagestreefd en waar de grenzen komen te liggen. Dit alles moet leiden tot een nieuwe Natuurbeschermingswet.
Voor Fryslân is het van belang dat de instandhoudingsdoelstellingen van de natuur na zes jaar kunnen worden aangepast als ze niet haalbaar en betaalbaar blijken, schrijft de provincie. Zorgen maakt de provincie zich over de maatregelen om de aanwezigheid van stikstof in de lucht en de grond terug te dringen. De provincie is er voorstander van dat het ministerie dit doet door onder meer verkeersdeelname te beperken. De minister zou daar ook voorstander van zijn, maar gaat ,,tot spijt” van de provincie niet in op de uitwerking van generieke maatregelen.
Het verder terugbrengen van ammoniakuitstoot door veestapels, is volgens gedeputeerde Konst geen optie meer. In de duinen van Vlieland is het stikstofgehalte in het milieu bijvoorbeeld al veel hoger dan wenselijk. ,,Maar er is geen enkele boer op Vlieland. We kunnen de stikstofdepositie dus alleen terugdringen met generieke maatregelen.” Bovendien acht de provincie de instandhoudingsdoelen ten aanzien van ‘stikstofgevoelige habitattypen’ niet haalbaar, als het ministerie daar niet geld voor beschikbaar stelt.
De provincie voorziet minister Verburg van nieuw advies over De Groote Wielen, het Friese Merengebied, het Koningsdiep, Van Oordt’s Mersken, de Bakkeveense Duinen en het Fochteloërveen (samen met Drenthe). Over andere gebieden is de minister al op de hoogte, of gaan andere instanties.
Blauwgrasland
Voor het gebied Groote Wielen bij Leeuwarden vindt de provincie dat er niet blauwgrasland beschermd kan worden. Dit natte hooiland komt weliswaar voor in het gebied, maar de omvang van
Wat betreft Van Oordt’s Mersken, een gras- en moerasgebied in Opsterland, moeten volgens de provincie veel minder ganzen in stand worden gehouden, dan nu in de doelstelling staat. De brandgans kan terug van 4200 naar 3200, de smient van 6400 naar 4700 en de kolgans van 5000 naar 4000.
Bron: Friesch Dagblad (31-08-2009)
