‘Overstap naar brugklas moet veel soepeler’
Proef met Cito-toets in april in plaats van februari
‘Overstap naar brugklas moet veel soepeler’
Leeuwarden - De overstap van de basisschool naar het voortgezet onderwijs verloopt voor kinderen niet soepel genoeg. Een aantal maatregelen, waaronder het later afnemen van de Cito-toets, moet daarin verandering brengen. Dat vinden de PO-Raad, VO-raad, Cito en de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS).
De organisaties willen volgend schooljaar bij wijze van proef in twee of drie regio’s de Cito-toets in april afnemen. Nu gebeurt dat ieder jaar aan het begin van februari. Dat moment is te vroeg, stellen de organisaties. Na de kennistoets wordt er op scholen tot aan de zomervakantie volgens hen weinig meer aan rekenen en taal gedaan.
Zo wordt de onderwijstijd op basisscholen niet goed benut en is de overstap naar de middelbare school groot. De toets moet leerlingen, naast het advies van de basisschool, helpen bij de keuze voor het niveau van het voortgezet onderwijs. Ieder jaar staan in Nederland ongeveer 185.000 kinderen voor die keuze.
In de proef wordt de Eindtoets Basisonderwijs - zoals de Cito-toets eigenlijk heet - in de eerste week van april per computer afgenomen. Vervolgens wordt onderzocht wat hiervan de gevolgen zijn voor de overgang van het basis- naar het voortgezet onderwijs. Ook willen de organisaties bekijken of het misschien mogelijk is het moment waarop de test wordt afgenomen, flexibel te maken.
Een andere maatregel die de sectororganisaties en Cito voorstellen, is een intensievere samenwerking tussen basis- en voortgezet onderwijs. Toetsen voor rekenen en taal moeten beter op elkaar aansluiten. In een elektronisch leerlingdossier (ELD) worden de vorderingen bijgehouden. Met die informatie, denken de organisaties, kunnen de docenten in de brugklas verder gaan op het niveau waar de leerling in groep 8 is gebleven.
Opkrikken
Geert Heerschop, voorzitter van de Friese koepel van christelijke basisscholen, zet vraagtekens bij het nut van het vervroegen van de Cito-toets. ,,De vraag is waarvoor je de resultaten van de toets wilt gebruiken. Als je ze wilt gebruiken voor het bepalen van het niveau van het voortgezet onderwijs, doe je de tekort aan de deskundigheid van de basisschool. Alsof je de resultaten nog even kunt opkrikken tussen februari en juli.”
Een goede school gaat na de Cito-toets in februari ook echt wel door met lessen in rekenen en taal, zegt Heerschop. ,,De uitslag van de toets is niet heilig, het is alleen een extra advies naast dat van de juf of meester. Die weet in februari echt wel wat een kind kan, zeker als een goed leerlingvolgsysteem gebruikt is. De Cito-toets heeft een plek gekregen die de test niet verdiend heeft, vind ik.”
Als de toets dient als meting voor de onderwijskwaliteit aan de school, zou het opschuiven naar april nuttig kunnen zijn, denkt hij. ,,De Onderwijsinspectie wil graag eindopbrengsten zien. Als je die wilt meten, kun je dat beter later in het jaar doen.”
Drempeltest
In Fryslân maakt maar de helft van alle basisschoolleerlingen de Cito-toets. De andere helft is overgestapt op de Drempeltest, die uit de koker van schoolbegeleidingsdienst Cedin komt. De test geeft inzicht in de aanleg van kinderen en niet zozeer in de kennis. Landelijk maakt 15 procent van alle leerlingen een alternatieve test.
Scholen mogen zelf weten wanneer ze de Drempeltest afnemen. Op cbs De Stapstien in Kollumerzwaag gebeurt dat meestal al in januari, vertelt adjunct-directeur Koos Tiemersma. ,,Voor de Cito-gekte op.” Het verlaten van het testmoment is ,,pure onzin”, vindt hij. ,,Het voegt helemaal niets toe. We gaan de Drempeltest echt niet later afnemen, als het testmoment van de Cito-toets verschuift.”
Bron: Friesch Dagblad (09-06-2009)